De wet die volgens de afspraken in het Pensioenakkoord tot stand is gekomen, regelt een verplichte verzekering tegen arbeidsongeschiktheid voor zelfstandigen die door langdurige ziekte niet meer het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Dit geldt voor zelfstandigen die zogeheten winst uit onderneming voor de inkomstenbelasting genieten.
De voor iedereen toegankelijke verzekering voorziet in een inkomen van maximaal WML voor de zieke zelfstandige die na een jaar ziekte niet langer WML kan verdienen. Hiervoor moet een premie van 6% van die winst tot maximaal € 195 per maand worden betaald. De zelfstandige krijgt dan een uitkering tot aan de AOW-leeftijd.
Voor zelfstandigen met een eigen verzekering geldt een opt out, mits aan een aantal voorwaarden voldaan wordt. De uitkering en premie moeten minimaal gelijk zijn en deze verzekering moet ook doorlopen tot aan de AOW-leeftijd.