24 maart 2023

De zieke uitzendkracht met een uitzendbeding

Wat hebben de cao voor uitzendkrachten en een recente uitspraak van de Hoge Raad met elkaar te maken? Hoe kan dit iedereen die uitzendkrachten heeft rondlopen, raken? Opnieuw worden arbeidsvoorwaarden van uitzendkracht en werknemers wat meer gelijk.

Blog arbeidsrecht

Zoals wellicht bekend is het mogelijk dat uitzendbureaus met hun werknemers, de uitzendkrachten, een uitzendovereenkomst met een uitzendbeding afspreken, zoals dat geregeld is in art. 15 van de cao voor uitzendkrachten.
Dat uitzendbeding houdt in dat wanneer de opdrachtgever of inlener niet langer kan of wil inlenen, de uitzendovereenkomst van rechtswege eindigt. Wanneer de uitzendkracht om welke reden dan ook de bedongen arbeid niet langer kan of wil verrichten, eindigt de uitzendovereenkomst ook. En wanneer dat het geval is omdat de uitzendkracht ziek of arbeidsongeschikt is, wordt de uitzendovereenkomst direct na de ziekmelding, met onmiddellijke ingang, geacht te zijn geëindigd op verzoek van de opdrachtgever.
Naar aanleiding van het uitzendbeding, heeft de HR uitspraak gedaan in een principiële zaak die de geldigheid van het uitzendbeding betreft.

Uitzendbeding in strijd met opzegverbod bij ziekte?

De desbetreffende zaak ging over de vraag of het uitzendbeding, dat de uitzendovereenkomst automatisch laat eindigen bij ziekte of arbeidsongeschiktheid van de uitzendkracht, in strijd is met het opzegverbod tijdens ziekte. Dat was namelijk de conclusie van het Hof in Den Haag die het besluit vernietigde van de kantonrechter om de uitzendkracht die loon tijdens ziekte eiste niet toe te kennen. De huidige cao-bepaling die het einde van de uitzendovereenkomst regelt bij ziekte van de uitzendkracht met het zogenaamde uitzendbeding, is in strijd met het opzegverbod, aldus het Hof.

De Hoge Raad (HR) blijkt het niet eens met het Hof te zijn. Het uitzendbeding is niet in strijd met het opzegverbod. Maar het automatische einde bij ziekte van de uitzendkracht is wel in strijd met de wet, waarin de mogelijkheid om de overeenkomst de beëindigen op verzoek van de inlener is geregeld. De wet heeft immers alleen maar willen regelen dat aan een uitzendovereenkomst een einde komt wanneer de inlener hierom verzoekt. Het enkele feit dat de uitzendkracht zich ziek meldt is niet voldoende om de uitzendovereenkomst automatisch te laten eindigen, wanneer de inlener niet om het einde van de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht heeft gevraagd.

Een cao-bepaling die in strijd is met het recht, is nietig voor zover er strijd is met de wet. Dat betekent dat de bepaling waarin opgenomen is dat de terbeschikkingstelling onmiddellijk wordt geacht te zijn geëindigd op (fictief) verzoek van de inlener, niet meer kan gelden. Volgens de HR kan het uitzendbeding op zich wel in stand blijven. Wanneer een inlener vraagt om het beëindigen van de terbeschikkingstelling, zal de uitzendovereenkomst dus nog steeds, ook bij ziekte, eindigen.

Tijdelijke oplossing
Wat betekent dit nu voor u als inlener? Concreet betekent het dat wanneer een van uw uitzendkrachten ziek wordt, zijn of haar uitzendovereenkomst niet kan eindigen zonder dat u daarom verzoekt. De kosten van de loondoorbetaling (die het uitzendbureau aan de werknemer moet betalen), zullen dan wellicht aan u worden doorberekend – afhankelijk van de voorwaarden die zijn afgesproken tussen u en het uitzendbureau.
Op dit moment kunt u als u deze voorwaarden niet wijzigt, dit alleen voorkomen door bij het uitzendbureau om het einde van de terbeschikkingstelling te verzoeken. Maar dit is slechts een tijdelijke oplossing.  

Nieuwe cao-afspraken gelden vanaf 1 juli 2023
Ondertussen is namelijk ook de nieuwe cao voor uitzendkrachten afgesloten met daarin een nieuwe bepaling met betrekking tot het uitzendbeding die geldt vanaf 1 juli 2023. Volgens deze bepaling kan de uitzendovereenkomst met uitzendbeding niet langer eindigen vanwege of tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid van de uitzendkracht. Alleen wanneer de afgesproken einddatum van de uitzendovereenkomst is bereikt of als de uitzendkracht de bedongen arbeid niet langer kan of wil verrichten (tenzij dit is in verband met ziekte of arbeidsongeschiktheid), kan de overeenkomst eindigen. Uitdrukkelijk is opgenomen dat gedurende ziekte of arbeidsongeschiktheid van de uitzendkracht, de terbeschikkingstelling op verzoek van de inlener niet eindigt en de uitzendovereenkomst evenmin.
Ook in dit geval hangt het van de afspraken met uw uitzendbureau af in hoeverre u de kosten moet dragen van de loondoorbetaling bij ziekte.

Vragen? Neem contact op Monica Wirtz.

Deel dit artikel via: Deel dit artikel via Whatsapp Deel dit artikel via Twitter Deel dit artikel via Facebook Deel dit artikel via Linkedin Deel dit artikel via Mail
aanmelden