VERDUBBELING DI-BUDGET IN VIJF JAAR TIJD
Werkgevers stellen dit jaar via cao’s zeker 1,6 miljard euro beschikbaar voor opleiding, loopbaanoriëntatie, financiële scans en andere zaken die onder duurzame inzetbaarheid van hun medewerkers vallen. Het via cao’s beschikbare geldbedrag is sinds 2013 verdubbeld, zo blijkt uit onderzoek van AWVN, en heeft betrekking op 2,3 miljoen werkenden. De werkgeversvereniging verwacht een verdere groei van cao-afspraken over duurzame inzetbaarheid naar ruim 2 miljard euro in 2023 en 2,3 miljoen profiterende werkenden.
Duurzame inzetbaarheid staat nu een jaar of tien op de agenda van overheid, vakbonden en werkgevers: het versterken van de positie van werkenden op de arbeidsmarkt met als resultaat gemakkelijker overgang naar andere functies en banen, minder en minder lang openstaande vacatures en minder werkloosheid. In de afgelopen jaren heeft zich in alle stilte een financiële doorbraak voltrokken op dat vlak, zo mag geconcludeerd worden uit het AWVN-onderzoek naar budgetten voor duurzame inzetbaarheid.
AWVN verwacht verdere groei van cao-afspraken voor duurzame inzetbaarheid
naar ruim 2 miljard euro in 2023
(voor 2,3 miljoen werkenden)
Niet alleen is het via cao’s beschikbare geldbedrag verdubbeld, ook het aantal werkenden dat daarvan profiteert is dubbel zo groot als vijf jaar eerder. Het aantal cao’s met financiële afspraken nam tussen 2013 tot 2018 toe van 78 naar 157. Het aantal werknemers met een budget groeide van 1 miljoen naar 2,3 miljoen. Het gemiddelde budget waarover de betreffende werknemers jaarlijks beschikken groeide tussen 2013 en 2018 van 669 naar 706 euro. Daarnaast stellen veel regelingen tijd beschikbaar aan werkenden.
Wat blijkt verder?
• Werknemers mogen hun budget met grote keuzevrijheid besteden. Belangrijkste bestedingsdoelen (vaak in combinatie) zijn opleidingen al dan niet aansluitend bij de huidige functie (39%), training (28%), maatregelen die de persoonlijke werk-privébalans verbeteren (24%) en loopbaanadvies (18%).
• 73% van de werkgevers geeft ‘het bieden van eigen regie rond loopbaan en persoonlijke ontwikkeling’ op als belangrijkste reden om een DI-regeling in te voeren. Dat betekent dat de werknemer zoveel mogelijk zelf moet bepalen welke opleidingen hij doet.
• Over de besteding van de beschikbare budgetten zijn de werkgevers minder tevreden. Werknemers zijn nog te weinig met hun eigen inzetbaarheid bezig, zegt meer dan de helft van de werkgevers. Ook is het lijnmanagement vaak onvoldoende betrokken bij het thema om een stimulerende rol te kunnen spelen. Daarbij zijn de regelingen als zodanig in de ogen van veel werkgevers te ‘vrijblijvend’.
Op basis van de onderzoeksresultaten en de door alle betrokken partijen – overheid, vakbonden, werkgevers – geuite wens om verder te gaan met duurzame inzetbaarheid, concludeert AWVN dat de gesignaleerde ontwikkeling verder zal gaan. AWVN verwacht dat in 2023 rond de 3,5 miljoen werknemers een individueel budget voor duurzame inzetbaarheid zullen hebben met een totale waarde van meer dan 2 miljard euro.
=Vervolg hoofdtekst na infographic=
=vervolg hoofdtekst=
De werkgeversvereniging signaleert echter ook een aantal problemen.
• Werkenden, maar ook leidinggevenden weten noch niet goed wat in de praktijk te doen om hun inzetbaarheid duurzaam te verbeteren. Hier ligt een belangrijke taak voor vakbonden en werkgeversverenigingen. AWVN heeft met het oog op deze ‘handelingsverlegenheid’ de digitale tool Tiptrack ontwikkeld. Hiermee kunnen werkenden zelf aan de slag op het vlak van duurzame inzetbaarheid.
• Veel cao-partijen hebben de afgelopen jaren een budget voor duurzame inzetbaarheid ingevoerd. Er zijn echter nog heel veel cao’s zonder een dergelijke financiële regeling. AWVN roept cao-partijen op zo snel mogelijk zo’n regeling in te voeren.
• Regelingen zijn nog niet altijd voldoende flexibel. Zo kennen veel regelingen nog voorwaarden waaronder het budget alleen mag worden ingezet voor zaken die direct gerelateerd zijn aan de huidige functie. De wens van een werkende om zijn loopbaan een volstrekt andere wending te geven en zo duurzaam inzetbaar te blijven, wordt daardoor veelal onuitvoerbaar. Cao-partijen doen er verstandig aan de regelingen in deze zin aan te passen.
• In verband met het vorige: ook de fiscale behandeling van het geld voor duurzame inzetbaarheid levert in de praktijk soms problemen op. Om effectief ingezet te kunnen worden voor de ontwikkeling van werkenden, zou het altijd moeten worden vrijgesteld van belastingheffing. Het budget wordt echter vaak aangemerkt als extra loon en derhalve belast.
Over het onderzoek Het AWVN-onderzoek naar cao-afspraken over duurzame inzetbaarheid werd in twee delen uitgevoerd. In het kwantitatieve deel zijn alle Nederlandse cao’s van 2013 vergeleken met die van 2018. In het kwalitatieve deel is werkgevers gevraagd naar ervaringen met beleid rond duurzame inzetbaarheid. De bedragen in het AWVN-onderzoek hebben uitsluitend betrekking op geld dat in een cao-afspraak is geoormerkt met ‘duurzame inzetbaarheid’. Daarbij gaat het in de regel om geld dat door individuele werknemers – binnen bepaalde regels – naar eigen inzicht kan worden ingezet om hun huidige en toekomstige positie op de arbeidsmarkt te versterken. |
Meer informatie over dit onderzoek Jannes van der Velde, woordvoerder AWVN, j.velde@awvn.nl, +31 6 1091 3307
Tekst Pier Gerlofs, Rottefalle Infografic Petra Klerx, Amsterdam