Artikel 7:649 BW bepaalt dat werkgevers geen onderscheid mogen maken tussen werknemers in de arbeidsvoorwaarden op grond van het al dan niet tijdelijke karakter van de arbeidsovereenkomst (bepaalde of onbepaalde tijd), tenzij er een objectieve rechtvaardiging voor het gemaakte onderscheid bestaat. Is er sprake van verboden onderscheid dat niet kan worden gerechtvaardigd, dan is de bepaling nietig.
Het gaat hierbij niet alleen om arbeidsvoorwaarden die zijn vastgelegd in de individuele arbeidsovereenkomst, maar ook collectieve arbeidsvoorwaarden, bijvoorbeeld in een cao. Het is van belang aandacht te besteden aan bepalingen in de arbeidsvoorwaardenregeling of de cao die onderscheid kunnen maken tussen arbeidsovereenkomsten voor bepaalde en onbepaalde tijd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan (drempelbepalingen in) pensioenregelingen, opleidingsmogelijkheden, bovenwettelijke aanvullingen bij arbeidsongeschiktheid en op de WW en eventuele kinderopvangregelingen.
Artikel 7:657 BW bepaalt dat een werkgever verplicht is de werknemer met een tijdelijke arbeidsovereenkomst tijdig op de hoogte te stellen van een vacature die ziet op een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
Beide artikelen zijn niet van toepassing op uitzendovereenkomsten.
Update Maaike Hilhorst, 12/2022