De AOW-leeftijd is gekoppeld aan de CBS-cijfers over de levensverwachting. Deze blijkt te zijn gedaald. De levensverwachting van 65-jarigen is in 2030 20,96 jaar, zo verwacht het CBS. In de vorige prognose werd deze op 21,00 jaar gesteld.
Sinds het begin van de coronapandemie overleden meer mensen dan eerder was verwacht, is de verklaring van het CBS voor de daling. ′De toename in de sterfte zorgt voor een lagere levensverwachting. Sinds 2022 is er sprake van herstel van de levensverwachting, maar dit gaat langzamer dan eerder verwacht. Daarom is de prognose naar beneden bijgesteld.’
Op basis van de cijfers die CBS heeft gepresenteerd, zou de AOW-leeftijd in 2030 67 jaar zijn, net als nu het geval is. In de wet is evenwel vastgelegd dat de AOW-leeftijd, die steeds vijf jaar van tevoren wordt vastgesteld, niet kan dalen. Minister Van Hijum schrijft in z’n brief aan de Tweede Kamer dat als zich op de langere termijn een trendbreuk optreedt in de levensverwachting, de systematiek van de AOW-leeftijd misschien wordt aangepast. Maar van zo′n structurele daling is nu geen sprake, meent de minister.
Tot en met 2027 is de AOW-leeftijd 67 jaar; in 2028, 2029 en 2030 is dat 67 jaar en drie maanden.